Een martial arts-film op het ritme van DeBarge’s Rhythm of the Night? Dit zijn de jaren ’80, en dit is cultfilm The Last Dragon.
Everybody is Kung Fu-fighting
We spreken 1985. Motown is op dat moment stevig op z’n retour. Een lot dat ook voor Blackxplotation en door-Bruce–Lee-beïnvloede films lijkt weggelegd. Meer nog, het is niet langer relevant. De Oosterse interpretatie mag zijn koffers pakken, want deze jaren behoren toe aan de gewapende, gespierde anti-helden met verve gespeeld door Sylvester Stallone of Arnold Schwarzenegger.
Toegegeven, The Karate Kid (1984) bracht het jaar voorheen heel wat volk naar de bioscoop, maar dit succes was wellicht meer te danken aan de hartverwarmende vertolkingen van boy next door Ralph Macchio en Pat Morita, en het herkenbare feelgood-verhaal. De sympathieke underdog die de high school bully met de kraanvogeltechniek velt, blijft tot op vandaag een magisch filmmoment.
You are the Last Dragon
You possess the power of the Glow
Tegen deze achtergrond mogen we de oorsprong van The Last Dragon situeren. Barry Gordy, hoofdbons bij Motown, wil zijn eigen gevechtsfilm waar hij tegelijkertijd zijn muziek kan promoten. Jammer genoeg kan hij het publiek bij de release niet van zijn idee overtuigen.
Het verhaal is tweeledig. Enerzijds volgen we de zoektocht van de martial artist en Bruce Lee-fan Leroy Greene naar de geheimzinnige Master Sum Dum Goy, die volgens zijn sensei de training kan vervolledigen om zo de laatste draak/The Last Dragon te worden. Onze jonge protagonist wordt bovendien uitgedaagd door Sho’Nuff, de Shogun van Harlem; want die wil zich ook meester noemen. Belangrijk detail: echte meesters kunnen hun mystieke kracht bundelen en hun lichaam bedekken in een beschermende gloed, genaamd the glow. Twee mannen die vechten om the glow en niet om het meisje?
Geen paniek, de regisseur schotelt ons anderzijds het verhaal van zangeres en presentatrice Laura Charlesdie door een lunapark-mogol wordt belaagd. Die laatste wil zijn ongetalenteerde vriendin in Laura’s programma 7th Heaven laten optreden. Misschien belangrijk voor de jongere lezers, in de jaren ’80 bestaat geen internet, dus het rijkelijk spammen van een YouTube-clip behoort niet tot zijn opties.
Wanneer de twee verhaallijnen convergeren, verloopt alles voorspelbaar en zie je de finish van ver komen.Boy saves girl (check), boy beats bad guy (check), boy becomes dragon (check) en boy kisses girl (check). Leuk wordt het bij de final battle tussen Leroy en Sho’Nuff, als de neon hun lichaam gaat bedekken en we the glow in al zijn pracht mogen aanschouwen.
In de hoofdrollen herkennen we ronkende namen zoals (nu nog steeds) onbekende Taimak (Leroy) en Prince-protegé Vanity (Laura Charles). De grote revelatie en hoofdreden waarom deze film tot cultstatus is geklommen schrijven we aan de showstelende acteerprestaties van Julius Carry (Sho’Nuff) toe. Iedereen houdt immers van een geflipte slechterik met wild afrokapsel. In een kleine bijrol vinden we trouwens William H. Macy (Fargo, Mystery Men) in één van zijn eerste rollen terug.
De soundtrack blijkt wel een schot in de roos, wanneer DeBarge’s Rhythm of the Night een grote internationale hit wordt en de film onder verdere aandacht brengt. Ook bekende Motown-vedetten als Stevie Wonder, Willie Hutch en Smokey Robinson leveren een bijdrage. De moeite waard om eens te beluisteren.
Remake iemand?
Ondanks zijn rommelig scenario, bedenkelijke vertolkingen en allround camp, blijft de herinnering aan de film levend. Maar in een tijdperk waar het plunderen van de jaren ’80 een must is, en een minder geslaagde re-imagening het gevolg is, blijft het voorlopig wachten op een moderne update.
Volgens tribute-site the lastdragon.com spreekt men luidop van een remake met Samuel L. Jackson (Sho’Nuff) en Rihanna (Vanity). Dit jaar vieren we de 30ste verjaardag van the glow. Hopelijk krijgen we hierover dan meer duidelijkheid.
Dit artikel verscheen eerst op Geekster (12/01/2016), en vind je hier terug.